Wat leer je?

Onze trainingen beginnen altijd met een groet en ademhalingsoefening om tot jezelf te komen. Daarop volgt een warming-up om het lichaam soepel, lenig, maar ook snel en sterk te maken.

De warming-up bestaat uit speciale oefeningen – Latiah Manyang – die vooral die spieren traint die je bij ons gebruikt. De trainingen kunnen intensief zijn (je maakt het zo zwaar als jezelf wilt), maar er is ook altijd ruimte voor een spel.

Pencak silat is in de eerst plaats bedoeld als zelfverdediging. Alles wat je leert heeft dan ook betrekking op het leren verdedigen. Na de warming-up krijg je les in bepaalde pencak silat Manyang technieken. Deze oefeningen kunnen bestaan uit:

Aanvalstechnieken

Hier leer je slag-, stoot-, steek- en traptechnieken. Bij het oefenen in aanvalstechnieken gebruiken we stoot- en trapkussens. Vegen, scharen, worpen en klemmen behoren ook tot het assortiment. Het gaat vooral om de techniek, snelheid en kracht.

Zelfverdediging

“Gerak cepat” betekent krachtig en snel, beladiri betekent zelfverdediging. Tijdens de gerak cepat en beladiri leer je jezelf te verdedigen tegen een of meerdere tegenstanders, ongewapend en gewapend. Deze oefeningen voer je altijd met elkaar uit, waarbij de ene persoon de aanvaller is en de andere de verdediger.

Stijl

Stijl of “Seni” is een belangrijk onderdeel binnen pencak silat. De oefeningen in loopvorm zorgen voor een goede lichaamshouding, snelheid, coördinatie en balans. Stijl vind je in alle andere onderdelen van pencak silat terug.

Bij ons kun je ook verschillende banden halen. Om een band te halen moet je onder andere een serie aanvals- en verdedigingstechnieken in een loopvorm uitvoeren. Een serie bestaat uit tientallen bewegingen die je in de juiste volgorde en met de juiste technieken moet uitvoeren, dit doe je individueel met en zonder wapens.

Meer over seni Seni als wedstrijdsport

Sparren

Tijdens het sparren of “tanding” oefen je alle technieken die je kent op elkaar uit. Twee tegenstanders staan tegenover elkaar in een ring en dagen elkaar uit tot een gevecht. Tijdens het sparren hebben we een aantal regels om elkaar te beschermen. Zo mag je niet op alle lichaamsdelen aanvallen uitvoeren en gaat het er niet om de ander zo hard mogelijk te raken of onderuit te krijgen. Voor de veiligheid draag je ook beschermende kleding. Naast sparren tegen een persoon kun je ook sparren tegen meerdere personen.

Meer over tanding

Om weer tot tust te komen sluiten we de les ook af met de groet (en de “hormat”) en ademhalingsoefening/medidatie. Zo ga je weer met een relax en voldaan gevoel naar huis.